VIVOS blijft

De Gemeenteraad heeft in haar raadsvergadering van 29 november 2001 besloten om de subsidie voor VIVOS per 1 januari 2003 te stoppen.

Dat de onderbouwing van het besluit om de subsidie voor VIVOS te stoppen niet serieus te nemen is, en ook niet serieus bedoeld kan zijn, is duidelijk (zie artikel ‘VIVOS krijgt geen subsidie meer’). We zijn allemaal verstandige mensen; de wel heel merkwaardige consequenties van de gebruikte motivatie passen daar niet bij. Ik neem wethouder Portegijs serieus, niet zijn hier gebruikte argumenten. De vraag voor mij is daarom: wat drijft dhr Portegijs?
Het lijkt mij echter zinloos dat VIVOS zich met deze vraag bezig houdt. Het lijkt mij ook zinloos om nog langer te blijven kniezen om het genomen Raadsbesluit. VIVOS moet zich niet gaan bezighouden met acties tegen het Raadsbesluit, evenmin als met acties tegen wethouder Portegijs. Niet tegen, maar vóór: vóór activiteiten in Nandaime, vóór voorlichting en bewustwording in Diemen, vóór concrete projecten in Nandaime waarmee VIVOS de bewoners van Diemen kan laten zien dat hulp helpt, dat met een bescheiden donatie mensen in Nandaime daadwerkelijk geholpen kunnen worden. Concrete projecten in Nandaime hebben alles te maken met Diemen. Het maakt namelijk daadwerkelijke betrokkenheid zichtbaar. Wij, in Diemen, voelen ons medeverantwoordelijk voor wat er in Nandaime gebeurt.

Betrokkenheid is namelijk heel iets anders dan alleen ‘geld geven’. Betrokkenheid betekent ook medeleven en een daaruit voortvloeiende wens om medeverantwoordelijk te zijn. En dat zijn dingen die niet in geld zijn uit te drukken. Diemen en Diemenaren voelen zich medeverantwoordelijk voor wat er elders in de wereld gebeurt. Daar moet VIVOS voor staan; met of zonder subsidie. En daar zou eigenlijk ook de Gemeente Diemen voor moeten staan. Daarom is in deze kwestie niet VIVOS de grote verliezer, nee, dat is de Gemeente Diemen.

Theo Jorna (voorzitter)

VIVOS krijgt geen subsidie meer

15 jaar VIVOS (4)

Twee dagen voor VIVOS haar 15e verjaardag kon vieren (1 december 2001), besloot de Gemeenteraad dat de subsidie voor VIVOS per 1 januari 2003 zou worden stopgezet. Groenlinks en CDA stemden tegen, de overige partijen waren voor stopzetting.

Ooit (in 1986!) besloot de Gemeenteraad om een subsidie toe te kennen aan VIVOS, omdat ze van mening was dat VIVOS zeer goed bezig was en invulling gaf aan het door de Gemeenteraad beoogde en gesteunde beleid op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. De gemeente Diemen was van mening dat ook op gemeentelijk niveau ontwikkelingssamenwerking aandacht verdiende en daadwerkelijk ondersteunt moest worden. Alleen diende deze aandacht te worden gedragen door het particuliere initiatief. De gemeente zag voor zichzelf geen actieve rol in de daadwerkelijke ontwikkelingshulp; zij had in haar eigen overtuiging uitsluitend een ondersteunende taak. De boodschap werd destijds goed begrepen; het particuliere initiatief kreeg concrete vorm door de oprichting van VIVOS.

Juni 2000, veertien jaren later, verschijnt een ‘Ontwerp beleidsregels welzijnssubsidies Diemen’ (hierna kortweg “Ontwerp’ genoemd). Binnen dit kader worden ook beleidsregels opgenomen t.a.v. de subsidie voor VIVOS. Terwijl VIVOS helemaal geen welzijnsorganisatie is. VIVOS doet immers niets voor het welzijn van de Diemense bevolking. In het Ontwerp wordt de subsidie voor VIVOS ter discussie gesteld: “is de subsidie nog doelmatig in relatie tot het volume van de activiteiten van VIVOS” en is “deze subsidie nog doeltreffend in relatie tot de gemeentelijke beleidsdoelstellingen voor ontwikkelingssamenwerking.” Het Ontwerp vervolgt met “Deze doelstelling omvat het stimuleren van de betrokkenheid van de inwoners van Diemen bij lokale initiatieven op het terrein van ontwikkelingssamenwerking.”

In dit ‘Ontwerp beleidsregels’ worden dus al beleidsregels als uitgangspunt genomen, terwijl dat feitelijk nieuwe beleidsregels betreft die nog helemaal niet zijn vastgesteld door de Gemeenteraad. De discussie is dus al afgerond voordat ze is begonnen!

VIVOS protesteert schriftelijk tegen de formuleringen in het Ontwerp. In de dan verstreken 14 jaren heeft VIVOS circa 50.000 gulden organisatiesubsidie ontvangen, maar voor ruim 400.000 gulden aan projecten kunnen realiseren. Bovendien betreft het allemaal kleinschalige projecten waarbij elke ingezamelde cent daadwerkelijk aan de projecten wordt besteed. Wat VIVOS betreft, kan het volume geen punt van discussie zijn. En de vraag of VIVOS voldoet aan de gemeentelijke beleidsdoelstelling? Wel aan de doelstelling zoals geformuleerd in 1986. Nadien is er nooit een wijziging in deze formulering vastgesteld. Maar als we de formulering in het Ontwerp als uitgangspunt nemen, ja, dan voldoet VIVOS ruimschoots: juist door het nemen van lokale initiatieven worden Diemenaren persoonlijk betrokken.

In het Raadsvoorstel dat september 2000 door de Gemeenteraad wordt behandeld, is de gebruikte formulering nog steeds “doelmatig in relatie tot het volume…” en doeltreffend in relatie tot de gemeentelijke beleidsdoelstellingen voor…” De besluitvorming omtrent de subsidie voor VIVOS wordt tot einde 2000 aangehouden.

Dat klopt echter niet. Er worden namelijk door aanname van het Raadsvoorstel al twee besluiten genomen betreffende VIVOS, te weten: 1) de subsidie moet doelmatig zijn tot het volume van de activiteiten van en 2) er wordt een nieuwe gemeentelijke beleidsdoelstelling voor ontwikkelingssamenwerking geformuleerd. De formulering van de doelstelling is exact gelijk aan die in het Ontwerp van juni 2000

VIVOS wordt dus geconfronteerd met een nieuwe gemeentelijke beleidsdoelstelling zonder dat deze daadwerkelijk door de Gemeenteraad is vastgesteld. Via een achterdeurtje is hij naar binnen geloodst.

In de maanden erna is er overleg tussen VIVOS en de verantwoordelijke PVDA-wethouder, dhr Portegijs. Het resultaat is een ‘Conceptnotitie over de Beschouwing van de Subsidie van VIVOS’ (hierna kortweg ‘Concept’), die in juli 2001 het licht ziet. In dit Concept wordt de nooit officieel vastgestelde NIEUWE gemeentelijke beleidsdoelstelling voor ontwikkelingssamenwerking als uitgangspunt genomen.

Opvallend verschil met het Ontwerp van een jaar eerder is, dat er niet meer wordt gerept over “de doelmatigheid van de subsidie in relatie tot het volume van de activiteiten van VIVOS”. Blijkbaar is ook voor dhr Portegijs het volume geen punt van discussie meer. Eveneens opvallend is dat de subsidie is toegenomen van gemiddeld ruim 4.000 tot maar liefst ruim 11.000 gulden. Geld ten behoeve van werkgelegenheidsvoorziening wordt gemakshalve op een hoop gegooid met de organisatiesubsidie.

Maar het meest opvallend is de manier waarop concrete invulling wordt gegeven aan de algemeen geformuleerde gemeentelijke beleidsdoelstelling. De motivatie tot stopzetting van de subsidie voor VIVOS wordt in het Concept namelijk geformuleerd in drie punten:

* Een aanmerkelijk deel van de subsidie aan VIVOS wordt ingezet voor concrete projecten in Nicaragua
* Het jaarlijkse subsidiebedrag is bijna net zo hoog als de gemiddelde jaarlijkse lokale actieopbrengst
* Het is ook zonder subsidie in organisatiekosten en personeel goed mogelijk om Diemenaren te motiveren tot een financiële bijdrage aan ontwikkelingssamenwerking

De conclusie uit punt 1) is – aldus in het Concept – dat de subsidie slechts in geringe mate wordt ingezet op de gemeentelijke beleidsdoelstelling. De conclusie uit de punten 2) en 3) is dat de verlening van de subsidie als duidelijk ondoelmatig moet worden aangemerkt.

Leest u bovenstaande nog eens zorgvuldig door. De simpelheid van de achterliggende gedachten is namelijk opmerkelijk. Zo opmerkelijk dat ik niet kan geloven dat iemand dat werkelijk meent. Er staat namelijk dat concrete projecten niets te maken hebben met lokale initiatieven. Geld uitgeven voor concrete projecten betekent (volgens het Concept) immers dat het geld niet wordt ingezet op de gemeentelijke beleidsdoelstelling; dat wil zeggen ter stimulering van de betrokkenheid van Diemenaren bij lokale initiatieven. Maar wat moet dan worden verstaan onder een lokaal initiatief?; een plaatselijke collecte, het verspreiden van een nieuwsbrief en folders? En wat moet er dan in die folders staan?; informatie over acties van Artsen zonder Grenzen of het Rode Kruis? Dat wethouder Portegijs inderdaad bedoelt dat concrete projecten niets te maken hebben met lokale initiatieven, bevestigt hij in de Diemercourant van 28 november. Citaat: “projecten hebben niets te maken met Diemen.”

Een kind weet dat concrete projecten de sleutel zijn ter stimulering van de betrokkenheid van een doelgroep. Inderdaad weten zelfs kinderen dat, want op de basisscholen doen ze niets anders. Elke school die ontwikkelingssamenwerking onder de aandacht wil brengen, adopteert een project. Zonder concreet project hoef je niet eens te denken aan, laat staan te hopen op stimulering van de betrokkenheid.

Maar dit is nog niet alles. Het kan nog merkwaardiger. De conclusie uit de punten 2) en 3) in het Concept betekent namelijk dat de betrokkenheid wordt afgemeten aan de hoogte van de donatie. Met andere woorden:

mate van betrokkenheid van Diemenaren = hoeveelheid gegeven geld door die Diemenaren.

De actieve leden van VIVOS zijn dus niet betrokken als ze geen geld geven; hoeveel uren ze ook bezig mogen zijn met de VIVOS-activiteiten. Of algemener gesteld: mensen die zich actief als vrijwilliger inzetten voor ontwikkelingssamenwerking zijn niet betrokken zolang ze geen geld geven!

Hier ligt de kern van het probleem. VIVOS vindt het uitstekend dat ze verantwoording moet afleggen over hoe zij haar subsidie besteedt. VIVOS vindt het ook uitstekend dat ze haar activiteiten moet toetsen aan een gemeentelijke beleidsdoelstelling; het betreft immers gemeenschapsgeld. Ook met de algemene formulering kan VIVOS vrede hebben. De problemen beginnen bij de concretisering van die formulering: hoe meet je betrokkenheid, wat is een lokaal initiatief op het terrein van ontwikkelingssamenwerking, welke manieren om de betrokkenheid te stimuleren zijn acceptabel?

Daarover heeft VIVOS geprobeerd te discussiëren met wethouder Portegijs. Maar dat is helaas niet gelukt. In een brief van november 2000 kreeg VIVOS de criteria gepresenteerd zoals die in het Concept zijn gehanteerd. Noch schriftelijke correspondentie, noch meerdere malen mondeling overleg hebben de toen gepresenteerde criteria een haarbreedte kunnen doen opschuiven. Het lag onwrikbaar vast: mate van betrokkenheid is hoeveelheid geld, en concrete projecten zijn geen lokaal initiatief en hebben niets met Diemen te maken.
De simpelheid van de achterliggende gedachte en de uiterst merkwaardige consequenties van de gebruikte criteria geven aan, dat wethouder Portegijs nooit serieus van plan is geweest in discussie te gaan met VIVOS. Het is overbodig om u nog te vertellen dat het uiteindelijke Raadsvoorstel gelijk was aan het Concept. In de commissievergadering bleek dat de PVDA-fractie Portegijs niet steunde, iets wat duidelijk onverwacht voor hem kwam. De fractie hechtte namelijk veel waarde aan het sociale gezicht van Diemen waar VIVOS aan bijdraagt. In de uiteindelijke Raadsvergadering bleek echter de gehele fractie van standpunt veranderd en steunde unaniem zijn wethouder. Alle subsidie voor VIVOS komt per 1 januari 2003 te vervallen.

Verkiezingen in Nicaragua

Verkiezingen in Nicaragua: Bolaños nieuwe president

De liberaal Enrique Bolanos van de regerende PLC-partij (De Liberale Partij) is de nieuwe president van Nicaragua geworden met de 55,8 % van de stemmen. Bolaños was vice president onder het mandaat van huidige Arnoldo Alemán president.
Oppositieleider Daniel Ortega van het FSLN (Sandinisten) heeft 42,8 % van de stemmen gekregen, veel lager dan verwacht werd. Het is de derde keer dat Ortega de strijd om het presidentschap verliest.
De Parlementsverkiezingen zijn ook gewonnen door de PLC-partij met 52,4 %, de Sandinisten 42,6 % en de PCN (Conservatieve Partij (PCN)) met 4,9 % van de stemmen.
In de provincie Granada (waar Nandaime onder valt) heeft de nationale trend zich voortgezet en hebben de Liberalen ook gewonnen.
De opkomst was ongekend hoog, meer dan 90 % van de bevolking ging stemmen en dat in een land dat getroffen is door armoede, honger, corruptie en natuurrampen.